
Perfectionisme heeft twee gezichten. Aan de ene kant is het een drijfveer: het helpt je om zorgvuldigheid na te streven, jezelf te verbeteren en verantwoordelijkheid te nemen. Aan de andere kant kan het uitgroeien tot een stille saboteur die je energie kost, je zelfvertrouwen ondermijnt en je leven steeds zwaarder maakt.
In deze blog lees je hoe je het verschil herkent tussen gezond en ongezond perfectionisme en ‘imposter syndrome’, welke impact het heeft op je stressniveau en zelfbeeld, en wat je kunt doen om ruimte te maken voor meer ontspanning en mildheid naar jezelf.
Gezond versus ongezond perfectionisme
Gezond perfectionisme gaat over betrokkenheid en streven naar kwaliteit. Je hebt een innerlijke motivatie om dingen goed te doen, leert van fouten en kunt genieten van een mooi resultaat. Er is ruimte voor ontspanning, mildheid en balans.
Ongezond perfectionisme daarentegen wordt vaak gedreven door angst. Angst om te falen, afgewezen te worden of niet goed genoeg te zijn. Je legt de lat extreem hoog, stelt steeds uit of werkt juist te hard, en vindt zelden rust in wat je hebt bereikt. Fouten voelen als persoonlijke mislukkingen, in plaats van groeikansen.
De link met stress(opbouw)
Ongezond perfectionisme is een bekende voedingsbodem voor chronische stress. Het zorgt ervoor dat je constant “aan” staat. Omdat het nooit af is, nooit goed genoeg, en jij nooit klaar bent. Deze vorm van stress bouwt zich geleidelijk op:
Je raakt mentaal overbelast. Je piekert, maalt, zoekt naar zekerheid.
Je lichaam blijft in de actiestand. Ontspanning komt nauwelijks nog voor.
Je grenzen vervagen. Omdat je zo gericht bent op het resultaat, zie je je eigen signalen van uitputting niet meer.
Je raakt uitgeput, fysiek en emotioneel. En dan ligt overspannenheid of burn-out op de loer.
Perfectionisme is vaak onzichtbaar voor de buitenwereld, juist omdat je zo je best doet om het vol te houden. Maar van binnen is het uitputtend.
Perfectionisme of imposter syndrome?
Perfectionisme en het imposter syndrome (het ‘oplichterssyndroom’) lijken op elkaar, maar zijn niet hetzelfde.
Perfectionisme draait om de lat hoog leggen voor jezelf. Je wilt fouten voorkomen en alles beheersen.
Imposter syndrome gaat over het idee dat je eigenlijk niet goed genoeg bent en elk moment ‘ontmaskerd’ kunt worden – ook al doe je het goed.
Beide kunnen samengaan. Een perfectionist kan imposter-gedachten hebben (“ik moet het perfect doen, anders zien ze dat ik eigenlijk niks kan”). En iemand met imposter syndrome kan zich perfectionistisch gaan gedragen om de onzekerheid te compenseren. In beide gevallen is het onderliggende gevoel vaak hetzelfde: ik ben niet goed genoeg zoals ik ben.
Hoe ontstaat perfectionisme?
Perfectionisme ontstaat vaak al vroeg in je leven. Misschien was je als kind gevoelig voor harmonie, wilde je graag dat het goed ging met de mensen om je heen of kreeg je waardering voor ‘braaf’ of ‘goed presteren’. Soms is het een manier geweest om je veilig te voelen in een onzekere omgeving. Perfectionisme ontstaat dus vaak uit een behoefte aan verbinding, erkenning of controle – niet uit ijdelheid of eigendunk.
Hoe anders met je perfectionistische inslag om te gaan?
Perfectionisme loslaten doe je niet in één keer. Het begint met bewustwording en het zetten van kleine, haalbare stappen. Hieronder vind je vijf manieren om die eerste beweging te maken – richting minder druk en meer ruimte.
1. Zie het en benoem het
Verandering begint met eerlijkheid. Wanneer je erkent dat perfectionisme je in de weg zit, maak je ruimte om verantwoordelijkheid te nemen – niet voor het beeld dat je hoog moet houden, maar voor hoe je je echt voelt.
Sta eens stil bij deze vragen:
– Waar in de afgelopen week merkte je dat je jezelf voorbijliep?
– Wat was je aan het proberen goed te doen – en voor wie?
– Wat zou er gebeuren als je het iets minder had gedaan? Wat roept dat op?
2. Leer je innerlijke criticus kennen
Iedereen heeft een innerlijke stem die commentaar levert. Soms helpt die je scherp te blijven, maar vaak is hij ongenadig streng. Die stem voedt je onzekerheid en doet alsof het nooit genoeg is.
Onderzoek eens:
– Welke zinnen hoor je jezelf vaak denken als iets niet perfect is?
– Hoe voel je je als die stem actief is? En wat doet dat met je energie of stemming?
3. Neem afstand van je zelfkritiek
Je bent niet wat je denkt. En je bent zeker niet die stem in je hoofd. Het kan helpen om die kritische stem te externaliseren – geef hem een naam, een gezicht, iets herkenbaars. Dat maakt het makkelijker om er met wat meer luchtigheid naar te kijken.
Oefening:
– Hoe ziet jouw kritische stem eruit? Is het een figuurtje, een karikatuur, een personage?
– Wat zou je willen zeggen als die stem zich weer laat horen? Bijvoorbeeld: “Dank je, maar ik kies nu voor iets anders.”
4. Oefen met mildheid
Zelfcompassie is geen soft gedoe – het is een vaardigheid. Mild leren zijn voor jezelf helpt je om veerkrachtiger om te gaan met fouten en tegenslagen.
Probeer eens:
– Schrijf een paar kritische uitspraken van jezelf op.
– Bedenk daarna wat je tegen een vriend(in) zou zeggen in diezelfde situatie.
– Vertaal die reactie naar een zin voor jezelf, zoals: “Ik ben ook maar een mens. En dat is oké.” of “Ik hoef het niet alleen goed te doen om waardevol te zijn.”
5. Oefen met ‘goed genoeg’
De lat hoeft niet omlaag, maar wel op een plek die haalbaar is. Begin klein. Kies iets waarin je vandaag of morgen niet voor perfectie gaat, maar voor ‘voldoende’.
Vragen die kunnen helpen:
– Wat is iets kleins dat je anders zou willen doen – met minder druk of minder details?
– Wat laat je bewust los, ook al voelt het ongemakkelijk?
– Hoe voelt het achteraf, als je níet alles hebt gegeven? En wat levert dat op?
Tot slot
Perfectionisme is geen fout – het is een strategie. Eentje die je ooit geholpen heeft, maar nu misschien meer kost dan oplevert. Als je leert om je perfectionisme te herkennen en bij te sturen, ontstaat er ruimte voor groei, plezier en verbondenheid. En voor goed genoeg – dat vaak al veel méér is dan je denkt.
Wil je hier mee aan de slag?
Merk je dat perfectionisme je vaak in de weg zit — in je werk, je relaties of in hoe je met jezelf omgaat?
Coaching kan je helpen om daarin verandering te brengen. Niet door harder je best te doen, maar juist door vriendelijker voor jezelf te worden.
Neem gerust contact met me op voor een vrijblijvende kennismaking. Dan kijken we samen wat jij nodig hebt om los te laten wat niet meer werkt — en opnieuw te kiezen voor wat wél klopt.
In mijn coaching help ik je om jouw patronen helder te krijgen, zodat je bewuster keuzes kunt maken die echt bij je passen. Of het nu gaat om grenzen stellen, re-integratie begeleiding, omgaan met perfectionisme of meer ruimte maken voor jezelf – samen kijken we wat jij nodig hebt.
Een vrijblijvende telefonische kennismaking is zo gemaakt!
Esther@esthervonfaber.nl of bel 06 14343430